Pinda-seitanbroodje

Toen Nienke een keer bij ons kwam lunchen, bracht ze als verrassing seitanbroodjes uit de winkel mee. De broodjes werden bij ons meteen een hit. En sindsdien is Martijn bezig geweest om ze zelf te maken. Inmiddels heeft hij zo zijn eigen recept bedacht met als toevoeging een pinda-smaakje. En deze zijn een nog grotere hit!

Voor 4 broodjes

40 GR ONGEZOUTEN PINDA'S
2 KLEINE BOTERHAMMEN
100 GR SEITAN (uitgelekt)
1 THEEL. GEMALEN KOMIJN
ZOUT EN PEPER NAAR SMAAK
1 TEEN KNOFLOOK FIJNGESNEDEN
HALVE UI GESNIPPERD
3 EETL. PINDAKAAS
1/2 THEEL. SAMBAL BRANDAL
2 THEEL. KETJAP
4 PLAKJES BLADERDEEG
1 EI (maak je meer dan 4 broodjes, dan heb je nog steeds voldoende aan 1 ei)

Maal de pinda's fijn in een keukenmachine tot het eruit ziet als een ijsco-dip. Snijd de korstjes van de boterhammen en de boterhammen in blokjes van ongeveer 1,5 cm. Zet de stukjes brood in een kommetje net onder water om te weken. Laat de seitan uitlekken en maal het fijn in een keukenmachine tot het eruit ziet als gehakt. Roer de komijn en wat zout en peper door de seitan. Fruit in een wok met een beetje olie de ui en de knoflook. Voeg de seitan toe en bak het een paar minuten. Doe de seitan in een schaal. Knijp het vocht uit de broodstukjes en voeg het bij de seitan. Doe dan de pindakaas, sambal, ketjap en de helft van de gemalen pinda's erbij en roer goed door. Nu is de vulling klaar. 

Ontdooi 4 plakjes bladerdeeg. Klop het ei los. Bestrijk de bovenste rand van de bladerdeegplakjes met het ei. Verdeel de vulling over de breedte van de plakjes en laat de bovenkant en onderkant van het bladerdeeg vrij. Rol ze nu zo op dat het ei een plakrandje vormt. Leg de broodjes met de naad naar beneden op een met bakpapier beklede bakplaat. Bestrijk de broodjes met ei en verdeel de rest van de pinda's erover. Bak de broodjes 25 minuten in een voorverwarmde oven op 200 graden. 

Courgettesoep

Mijn vader kookte nooit. En dan reken ik een uitsmijter en pannenkoeken even niet mee. Ik had dan ook niet verwacht dat ik een recept van mijn vader zou krijgen voor dit kookboek. Maar sinds mijn vader als vrijwilliger werkt bij het zorghuis de Meerenburg is hij daar in de moestuin en in de keuken te vinden. Tot mijn verbazing kreeg ik twee courgetteplanten voor in mijn eigen moestuintje en later een recept om soep te maken van mijn eigen courgettes. Wat ik zo bijzonder vind aan deze soep, is de romige smaak. 

1 UI
4 TENEN KNOFLOOK
OLIE OM IN TE BAKKEN
2 COURGETTES
1 GROENTE BOUILLON BLOKJE
VERSE KRUIDEN ZOALS BIESLOOK OF OREGANO

Snijd de ui en knoflook fijn en fruit met een beetje olie aan in een soeppan. Schil de courgettes, snijd ze in de lengte doormidden en hol ze uit door de zaden te verwijderen. Snijd de courgettes in stukjes en doe ze in de pan. Giet er kokend water op zodat de stukjes courgette net onder staan. Voeg ook het bouillon blokje en de verse kruiden toe. Kook net zolang totdat de courgette zacht is. Pureer met een staafmixer en voeg naar smaak zout en peper toe. 

Gekruide Patatas

Op zaterdag staat mijn moeder de hele dag in de keuken, zodat we met het hele gezin ’s avonds aan kunnen schuiven voor Tapas de la mamá. Wat een heerlijkheid. Mijn moeder heeft de hele dag gewerkt, maar dat maakt dat we met z’n zessen tegelijk aan tafel zitten. Dat is het voordeel van tapas vind ik, je kunt het bijna volledig voorbereiden. Het hoeft dan alleen nog in de oven of even snel worden opgewarmd in de pan. 

Ik heb vijf tapas recepten gekregen. Het recept voor de zuurkool schelpje heb ik eerder al geplaatst. Hier het recept voor gekruide patatas.

5 JONGE AARDAPPELEN MET SCHIL

SCHEUTJE OLIJFOLIE

BEETJE ZWARTE PEPER

1 THEEL. CAYENNE PEPER

1/2 THEEL. PAPRIKA POEDER

ZOUT NAAR SMAAK

Aardappeltjes bakken in de schil klinkt lekker snel, want je hoeft niet te schillen, maar des te belangrijker is dat je de aardappelen goed schoonboent. Je kunt hier een afwas sponsje voor gebruiken. Snijd de aardappelen in partjes. Maak de marinade van de olijfolie, zwarte peper, cayenne peper, paprika poeder en zout. Mix de aardappelpartjes goed door de marinade. Mama zegt dat de kruiden op deze manier extra smaak afgeven aan de aardappelen. “Maar laat ze niet te lang marineren, dan ontstaan er bruine vlekjes.” Bak de aardappelen in de marinademix in een ruime koekenpan gaar. Het is geen probleem om de aardappels van tevoren te bakken. Laat ze afkoelen in de pan en bak ze vlak voor het opdienen weer op. 

Er hoort natuurlijk wel een lekker dip sausje bij. Dit kan van alles zijn. Zelf vind ik de kruiden van Oil and Vinegar erg lekker. Meng een flinke theelepen van deze kruiden met een flinke eetlepel mayonaise en een beetje water. 

Fruittaart

"We zouden het ontzettend leuk vinden als je een bijdrage levert aan onze bruiloft. Graag vragen we je of je het leuk vind een taart te maken. We willen onze bruidstaart laten bestaat uit, door vrienden en vriendinnen, zelfgebakken taarten."

Vrienden van mij gaan binnenkort trouwen en ik ontving bij de trouwkaart een extra briefje met deze vraag. Ik, altijd op zoek naar een excuus om een taart te bakken, reageer met: NATUURLIJK! En uiteraard moet er geoefend worden. 

Het recept volgt nog. Dat blijft tot de bruiloft nog even geheim.

Bloedsinaasappel

Eet een bloedsinaasappel eens met en beetje zout en peper.

Cashew soep

Tijdens een spelletjesavond proefde ik het Buddendijk familierecept van selderijsoep. Totale verrassing. Vanaf nu hoef ik de selderij uit mijn groentepakket niet meer in iemand anders' kratje te proppen. Het gaat mijn pan in en wordt gepureerd. Toch vernoem ik deze romige soep liever naar haar grootste smaakmaker: de cashewnoot. 

Voor 4 kommen soep:

350 GR SELDERIJ
1 UI
1 BOUILLONBLOKJE (voor een halve liter bouillon)
1 AARDAPPEL
150 GR ONGEZOUTEN CASHEWNOTEN
100 GR CRÈME FRAÎCHE 

Maak de selderij en de ui schoon en snijd in kleine stukjes. Doe wat olie in een soeppan en bak de selderij en ui op laag vuur in ongeveer 10 minuten zacht. Laat het niet bruin worden. Voeg 1 liter heet water toe en een bouillonblokje. Breng het geheel zachtjes aan de kook. Schil een aardappel en snijd deze in blokjes. Voeg de aardappelblokjes samen met de cashewnoten toe aan de soep. Houd een paar cashewnoten achter voor de garnering. Laat het geheel een half uur zachtjes pruttelen. Pureer alles fijn met een staafmixer. Roer de crème fraîche erdoor en voeg eventueel nog wat water toe als de soep te dik is. Op smaak brengen met zout en grove peper. Serveer de soep met een paar geroosterde cashewnoten. 

Net iets anders dan de weekendbollen van AH

Brood bakken, dat vind ik toch het allerleukste. Mijn keukenkast staat inmiddels vol met verschillende soorten bloem en meel. En ook speltvlokken en lijnzaad zijn bij mijn inmiddels in een knapperig brood terecht gekomen. Maar een 'eenvoudig' zacht bolletje, daar had ik me nog niet aan gewaagd. 

Op de website van Levine vond ik het recept voor WITTE BOLLETJES MET AARDAPPEL. Met een overschot aan aardappelen in de kelder (iedere week een kilo aardappelen in mijn groentepakket), ben ik afgelopen weekend aan de slag gegaan. Het resultaat waren stevige maar oh zo zachte witte bolletjes. Toch net iets smakelijker dan de weekendbollen van AH. 

Dit is het (iets aangepaste) recept: 

75 GR AARDAPPELPUREE

310 GR TARWEBLOEM

4 GR DROGE GIST

120 ML KOOKVOCHT VAN DE AARDAPPEL, LAUWWARM

6 GR ZOUT

1 EETL. HONING

HALF EI LOSGEKLOPT

12 GR ONGEZOUTEN ROOMBOTER

1 EETL. KOOLZAADOLIE 

GESMOLTEN ROOMBOTER OM TE BESTRIJKEN

Kook een aardappel zacht en prak tot een puree. Gooi het kookvocht niet weg, maar bewaar in een kom en laat het een beetje afkoelen. 

Doe de helft van de tarwebloem samen met de gist in een kom en roer goed door elkaar. Voeg het aardappelkookvocht, de honing en het losgeklopte halve ei toe. Roer met een pollepel goed door elkaar. Voeg de aardappelpuree, boter en olie toe. Roer 2 minuten met de pollepel. Als je een egaal mengsel hebt voeg je beetje bij beetje de overige bloem toe. Kneed het deeg stevig in 15 minuten tot een soepel deeg. Het deeg mag nog een beetje plakken. 

Vet het deeg licht in met een beetje koolzaadolie en laat afgedekt in een kom één tot anderhalf uur rijzen. Door het invetten van het deeg plakt het niet aan de kom. 

Stort het deeg op een licht met olie ingevet aanrecht. Druk de lucht voorzichtig uit het deeg (niet kneden) en verdeel het deeg in 8 gelijke stukken. Doe dit precies en gebruik hiervoor een weegschaal. 

Rol van elk stukje deeg een mooi bolletje. In dit filmpje kun je zien hoe je dit doet. Dek de broodjes af met plastic en laat het deeg 10 minuten rusten. 

Voor mooi brood is het belangrijk het deeg op spanning te brengen. Dit doe je door de stukjes deeg op te bollen. Pak een bolletje en leg dit op zijn kop. Druk voorzichtig een beetje lucht uit het deeg. Vouw de zijkanten van het deeg naar het midden en draai het deeg dan weer om. Leg je handen om het deeg en duw de zijkanten naar de onderkant terwijl je het deeg ronddraait. Til het deeg niet steeds op, maar laat het in contact met je werkblad. Bekijk voor uitleg hierover dit filmpje. 

Leg de broodjes op een met bakpapier beklede bakplaat en dek af met plastic. Laat een uur rijzen op een warme plaats (maar niet te warm. Niet bovenop de verwarming, maar ernaast). 

Verwarm de oven voor op 200 graden. Bestrijk de gerezen broodjes met gesmolten roomboter en bak ze in 15 - 20 minuten in het midden van de oven gaar en bruin. 

Laat de broodjes afkoelen op een rooster en bewaar ze in een plastic zak. 

Pasta Kristal

Dit gerecht is overgekomen van de wintersport. Op zoek naar iets anders dan een schnitzel met bier, kwam deze kleurrijke pasta op het bord van Heiko. Maar deze landgrensoverstijging is niet wat deze pasta zo bijzonder maakt. Nee.

Voor elk vriendje komt het moment dat hij ‘haar vriendinnen’ gaat ontmoeten (lees: gaat proberen te imponeren). En ja, je raadt het al, daar kwam dit gerecht dus van pas. Want er is bijna niets zo sexy als een man in de keuken die kookt voor ‘haar vriendinnen’. Heiko, het is je gelukt. We houden van je en vooral ook van dit gerecht.

3 PAPRIKA’S (rood, groen en geel)

ZOUT en PEPER

HANDJE PIJNBOOMPITTEN

200 GR FETA

75 GR GROENE PESTO

400 GR VERSE PASTA

GROENE OLIJVEN IN PLAKJES

Zet een ruime pan met water op het vuur voor de pasta en breng aan de kook. Snijd de paprika’s in gelijke stukjes. Bak de stukjes paprika in een koekenpan met  wat olijfolie op middelmatig vuur tot ze zacht zijn. Strooi er ruim zout en peper over. Rooster de pijnboompitten in een droge koekenpan en laat afkoelen op een bord. Kook nu de verse pasta in ongeveer 4 minuten gaar. Snijd de feta in blokjes en meng in een kom met de pesto.  Maak vier borden mooi op door de pasta in het midden van het bord draaien. Leg de stukjes paprika er rondom heen. Strooi de feta, plakjes groene olijven  en de pijnboompitten over de pasta. Serveer direct. 

Zuurkoolschelpjes

Omdat Lilian zo van zuurkool houdt....

8 pasta schelpjes

120 gr zuurkool

half bakje vegetarisch gehakt

halve rode peper

70 gr volle crème fraîche

4 cherrytomaatjes of ander kleine tomaatjes

Verwarm de oven voor tot 200°C.

Kook de pastaschelpjes in 12 minuten gaar. Giet af en laat de pastaschelpjes in koud water afkoelen tot je ze gaat vullen. Laat de zuurkool uitlekken in een vergiet. Maak een halve rode peper schoon door de zaadjes te verwijderen. Snijd in kleine reepjes. Bak het vegetarische gehakt met de rode peper in een wokpan met een beetje olie. Voeg de zuurkool toe en bak totdat het goed warm is. Voeg nu de crème fraîche toe en verwarm opnieuw goed zodat de crème fraîche helemaal vloeibaar wordt. Vul de schelpjes met het zuurkoolmengsel en leg ze in een ingevette ovenschaal. Leg op elk schelpje een half tomaatje.

Bak de schelpjes 10 minuten op 200°C.

Het vegetarisch gehakt met de rode peper kan vervangen worden door chorizo. Snijd ongeveer 1/4 chorizo in kleine stukjes en bak deze zonder olie in de wok.

Dit recept is ook heel goed te gebruiken als hoofdgerecht:

Neem voor twee personen de dubbele hoeveelheid aan ingrediënten. In plaats van de pasta schelpjes neem je penne of vlinderpasta. Doe het zuurkoolmengsel samen met de pasta in een ovenschaal en bedek met halve tomaatjes. Strooi er geraspte kaas over voor een krokant korstje. Ongeveer 10 - 15 minuten in de oven. 

Tiramisu

Tiramisu kun je het beste de avond van tevoren maken. Dan kunnen de Italiaanse lange vingers lekker trekken in de koffie en amaretto en stijft de room goed op. 

Zo kwam het dat ik om half 1 's nachts, na een overigens fantastische avond in de schouwburg, in de keuken stond met mijn schort om. Martijn verklaarde me voor gek en kroop alvast in bed. Maar de volgende dag was ik meer dan tevreden met het resultaat. Mijn eerste tiramisu is een succes!

Voor 6 personen

125 ml slagroom
3 eetl. suiker
3 eidooiers
250 gr mascarpone
150 gr savoiardi (Italiaanse lange vingers)
75 ml sterke espressokoffie
35 ml amaretto likeur
1 eetl. cacaopoeder

Klop de slagroom met één eetlepel suiker stijf. Klop de eidooiers met twee eetlepels suiker op de hoogste stand van de mixer tot een crème. Spatel de mascarpone door het eidooiermengsel. Roer vervolgens voorzichtig de slagroom erdoorheen. 

Verdeel de helft van de lange vingers over de bodem van een rechthoekige schaal. Leg de lange vingers met het suikerlaagje naar beneden. Op deze manier kan de espresso makkelijker intrekken.  Meng de espresso met de amaretto en besprenkel elke lange vinger met twee kleine theelepels van dit mengsel. 

Smeer de helft van de mascarponecrème gelijkmatig over de lange vingers. Hierop leg je weer een laag lange vinger die je besprenkelt met het espresso/likeurmengsel. Verdeel de rest van de crème hierover heen en strijk glad. Doe een eetlepel cacaopoeder in een theezeefje en bestrooi de crème gelijkmatig. 

Laat minstens 3 uur in de koelkast opstijven, maar liefst een hele nacht.

Kapucijnerschotel

Bonen zijn gezond. Toch? 
Maar bij de gedachte aan bruine en witte bonen, zwemmend in een glazen pot, word ik niet blij. Maar.....

Op zoek naar iets anders dan pasta, rijst en aardappelen, hebben Fleur en Peter dit recept gevonden: met kapucijners. En hier word ik wel blij van. Voor iedereen die niet van bruine en witte bonen houdt, is dit recept echt de moeite waard. De kapucijners zijn licht van smaak en een aantal flinke scheppen piccalilly zorgt voor een friszuur tintje.

Ik heb nu meerdere malen de vraag gekregen of ik alsjeblieft een recept prijs wil geven. Dit was in eerste instantie niet mijn bedoeling, jullie moeten wachten op het kookboek, daar komen alle recepten in te staan. Maar ja, hoe leuk is het dat (voor wie dat wilt tenminste) je nu al de keuken in kunt! Dus waarom ook niet, hierbij het recept voor de kapucijnerschotel.

Ik blijf overigens wel gewoon doorwerken aan het kookboek! 


Voor 4 personen.

1 ui
2 tenen knoflook
olijfolie om in te bakken
180 gr vegetarisch gehakt
20 gr paneermeel
1 flinke theel. zout
1/2 theel. paprikapoeder
snuf peper
snufje gemberpoerder
snufje korianderpoeder
700 gr groente (Je kunt een zak gesneden groente nemen of 1 prei, 1 wortel, 1 paprika en 1 courgette)
750 gr kapucijers 
6 eetl. piccallily 

Pel de ui en de knoflook en snijd fijn. Neem een zeer grote (wok)pan en zet deze op het vuur met wat olijfolie. Bak de ui en de knoflook lichtjes aan. Meng in een kommetje de paneermeel met alle kruiden en het zout. Voeg dit samen met het vegetarisch gehakt toe in de pan en bak een minuutje mee. Snijd alle groente in stukjes en voeg toe aan het gehakt. Laat ongeveer 5 minuten op middelmatig vuur bakken. Zet het vuur laag en voeg de kapucijners met vocht toe. Voeg naar smaak piccalilly toe (ongeveer 6 eetlepels). Breng het geheel zachtjes aan de kook. Zodra de groente voldoende zacht is, kun je het gerecht opdienen. 

Lekker met een stukje stokbrood of pitabroodje. 

Eet smakelijk!